Wat een advocaat, een makelaar, een notaris en een handelaar in kunst met elkaar gemeen hebben. (FIU 3)

Auteur: Frank van Buren, 6 februari 2022

INLEIDING

In mijn eerste en tweede artikel besprak ik wat de Financial Intelligence Unit (FIU) is, wat het verband is met de Wwft en de (verplichte) melding van Ongebruikelijke Transacties (OT’s). Hieronder leest u welke beroepsgroepen OT’s moeten melden en op grond van welke indicatoren.

Wie moet er melden bij de fiu?

In de Wwft zijn 29 meldergroepen opgenomen als melding plichtige instellingen. Omdat hier veel misverstanden over bestaan is het zinvol ze op te sommen:

  • Accountant
  • Advocaat
  • Bank
  • Belastingadviseur
  • Beleggingsinstelling
  • Beleggingsonderneming
  • Bemiddelaar in levensverzekeringen
  • Bemiddelaar inzake koop/ verkoop van zaken van grote waarde
  • Beroeps- of bedrijfsmatige aanbieder bewaarportemonnees
  • Beroeps- of bedrijfsmatige aanbieder van diensten voor het wisselen tussen virtuele valuta en fiduciaire valuta
  • Betaaldienstagent
  • Betaaldienstverlener
  • Domicilieverlener
  • Elektronisch geldinstelling
  • Juridische dienstverlener
  • Kopers of verkopers van goederen (m.u.v. kunst voorwerpen)
  • Koper of verkoper van kunstvoorwerpen
  • Instellingen voor collectieve beleggingen en effecten
  • Instellingen niet zijnde een bank die toch bancaire activiteiten verrichten
  • Levensverzekeraar
  • Notaris
  • Makelaar
  • Pandhuis
  • Speelcasino
  • Taxateur
  • Trustkantoor
  • Verhuurder van safes
  • Wisselinstellingen

Melding plichtige instellingen kennen subjectieve- en objectieve indicatoren op basis waarvan gemeld moet worden.

Subjectieve indicatoren

Dit zijn indicatoren, waarvan de instelling kan veronderstellen dat de transactie samenhangt met witwassen onderliggende delicten of terrorismefinanciering. Hier is de context waarin de transactie plaatsvindt van belang en speelt de kennis van de melding plichtige instelling van de cliënt en zijn of haar zakelijke activiteiten een belangrijke rol. Deze melding is dan ook altijd voorzien van een “meldtekst”. Een toezichthoudende instelling zoals het Bureau Financieel Toezicht (BFT) dat o.a. toezicht houdt op notarissen, accountants en belastingadviseurs en administratiekantoren, heeft een brochure opgesteld (d.d. 20182410) met handreikingen van voorbeelden bij de subjectieve indicatoren (ww.bureauft.nl).

U moet dan denken aan:

  1. Factoren met betrekking tot landen en gebieden.
  2. Partijen, UBO’s of andere betrokkenen voorkomend op Nederlandse, Europese of VN sanctielijsten.
  3. Factoren met betrekking tot iemands legitimatie.
  4. Factoren met betrekking tot de bedrijfsactiviteiten van een (potentiële) cliënt en daarmee gepaard gaande transacties.
  5. Transacties in het financiële verkeer (afrekening in contant geld, cryptovaluta e.d.)
  6. Transacties met betrekking tot juridische entiteiten en structuren.
  7. Transacties met betrekking tot onroerende zaken en andere registergoederen.

Specifiek geeft deze brochure voor een aantal beroepsbeoefenaars, notarissen, advocaten en belastingadviseurs een aantal specifieke voorbeelden van subjectieve indicatoren die aanleiding kunnen zijn een OT bij de FIU te melden.

Objectieve indicatoren

Dit zijn indicatoren waarbij instellingen ongeacht de context waarin een transactie plaatsvindt, altijd moeten melden. Omdat er regelmatig discussie ontstaat wanneer een OT wel of niet gemeld moet worden heeft de Belastingdienst/ Bureau Toezicht Wwft als handvat voor bepaalde beroepsgroepen leidraden opgesteld. In de leidraad voor kopers en verkopers van goederen (maart 2022) bijvoorbeeld is in de inleiding (pagina 7) een vereenvoudigd schema opgenomen waar wordt weergegeven of een handelaar onder de verplichtingen van de Wwft valt en wanneer een OT moet worden gemeld.

Bij een contante betaling van € 10.000 of meer is een handelaar Wwft plichtig en dient er o.a. een cliëntenonderzoek plaats te vinden (waaronder identiteit vaststellen en vastleggen). Is er vervolgens naar de mening van de handelaar bij deze transactie een vermoeden is van witwassen en/of financiering van terrorisme, dan moet de OT gemeld worden op grond van een subjectieve indicator.

Is het antwoord nee, maar bedraagt de contante betaling € 20.000 of meer dan moet op grond van objectieve indicator wel gemeld worden.

Aantallen meldingen

In 2021 werden 1.230.411 ongebruikelijke transacties gemeld, waarvan 96.676 als verdachte transactie zijn aangemerkt. Het bedrag dat daarmee gemoeid was, is ruim € 15 mrd. Hier moet wel een kanttekening bij geplaatst worden; van de ruim 1,2 miljoen OT’s die gemeld zijn, betreft dit ruim 900.000 transacties gemeld door betaaldienstverleners en cryptodienstverleners. Dus de sterke stijging van de meldingen ten opzichte van de jaren daarvoor, is veroorzaakt door het feit dat deze dienstverleners pas sinds het laatste kwartaal van 2020 opgenomen zijn als melding plichtige instelling in de Wwft.

In mijn volgende artikel zal ik proberen de aantallen OT’s, VT’s en de ermee gemoeide geldbedragen nader uit te leggen, ik viel van mijn stoel van verbazing.  

Controleert u eigenlijk voor het aangaan van een relatie of een persoon of een instelling op een sanctielijst voorkomt? Zo ja, heeft u daarvoor een procedure geformuleerd?

Heeft u vragen over de meldplicht of hulp nodig bij het cliëntenonderzoek of het opstellen van een procedurehandboek neem gerust contact met ons op.

Benieuwd wat DataWorx voor uw organisatie kan betekenen?

Neem contact met ons op!

Contact 

043 – 328 51 10

Avenue Ceramique 223

6221 KX Maastricht

Afspraak

We maken graag persoonlijk kennis om te kijken naar de mogelijkheden

Plan VideoCall

[ameliabooking]